Friday 2 September 2011

Niet te volgen


Ik rijd naar Hillcrest voor een cursus social media. Hillcrest is een half uur rijden. Om dat ook te halen, reed ik het eerst proef. Samen met Joost. Die is er blijkbaar ook van overtuigd dat ik anders in Nigeria uitkom.
We zijn niet erg succesvol, want we stranden in de file. En terwijl op de vluchtstrook auto’s achteruit richting eerdere afrit cruisen, kijken wij zwijgend voor ons uit. Vertraging brengt een apathische staat van zijn met zich. Je grijze massa beperkt zich direct tot ‘wanneer houdt de file op’. En ook tot ‘hoe hadden we dit kunnen voorkomen.’
“Ik zei toch dat we er af moesten!”
“Ja, je hebt gelijk schatje. Zeg, volgens mij gaat het weer rijden.”
Het is hartstikke gezellig.

De cursus begint met een ontbijt, en daarna krijgen we allemaal een eigen fles aanmaaklimonade. Het duurt vier uur en geen 40, maar voor de zekerheid check ik toch even de uitnodiging. Stel je voor dat je ineens in een recordpoging terecht bent gekomen, dan sta je mooi te kijken.
De trainer is een dame op gezondheidsslippers en een nogal strakke trui die precies past. Maar als we bijvoorbeeld hoera! zouden zeggen en zij daarbij haar armen in de lucht zou gooien, denk ik niet dat de trui goed blijft zitten. Gelukkig is er geen reden om hoera te zeggen.
De cursus wordt verder vooral gevuld door de man naast mij. Hij praat binnensmonds en blijft maar vragen stellen. Vooral over zijn waterput bedrijf.
Hij zegt daarbij steeds: “Ja, sorry hoor, ik stel wel heel veel vragen hè.”
Waarop wij steeds zeggen: “Nee joh, geeft niks.”
We zijn allemaal al lang blij dat we hem kunnen volgen. En dan luisteren we naar de reactie van de cursusleidster die ‘nouja zeg, dat is toevallig’, iets soortgelijks heeft meegemaakt.

Om 12 uur zijn we nog niet klaar, maar ik rijd wel terug. Althans, als ik in de auto stap, bedenk ik me dat ik op de heenweg niet zo heel goed heb opgelet.
Ik was zo euforisch dat mijn GPRS afrit 32 vond, dat ik me daarna volledig aan haar overgaf. Ik zette de muziek een tandje harder, keek naar het landschap en ging links en rechts etc.
Nou zou dat geen ramp zijn als ik bijvoorbeeld kaart kon lezen. Of als mijn GPRS niet zo DOL zou zijn op de toeristische route. Daadkrachtig toets ik ‘naar huis’ maar ze heeft het al door. Als een uitgelaten hond die zich achter je aan trekt, koerst ze me door Afrika.
Af en toen staan we even stil. Bijvoorbeeld voor een verkeerslicht of omdat we langs een dode man onder een stuk huishoudfolie moeten. Om vervolgens weer als een dolle door een stadje, om een berg en in de file terecht te komen. 
En ineens rijden we op een bekende snelweg. God dank. Kan ik nog even snel langs de supermarkt.
Melk, kaas, huishoudfolie.
En ik realiseer me dat de man onder aluminiumfolie lag. 

No comments:

Post a Comment