Ik bedacht me dat ik hoognodig naar de kapper moest. Spontaan werd het bewaarheid
omdat de kapper op zondag open was en het kappersmeisje (“Sam, Sammie, kun je
tussendoor nog even een highlightje met folies doen?”) mij tussendoor wel even kon
doen. Op zich wilde ik helemaal geen tussendoortje zijn, maar na een paar
snelle inhoudelijke afwegingen (wel, niet, wel niet, wel, niet) besloot ik wel
te gaan. In mijn dagelijkse leven zijn efficiëntieslagen te maken. Ik nam me in
ieder geval voor dat het maar eens afgelopen moest zijn met het geouwehoer in
mezelf, alsof je überhaupt een objectief
weerwoord van jezelf kunt verwachten?! Hoe dan ook, ik ging naar de
kapper.
Kapper Scott en Wells of nou ja, tegenwoordig alleen nog maar Scott of
Wells – maar dat ben ik nu dus alweer vergeten – had wat nieuwe regels bedacht.
Zo zat er pontificaal midden in de winkel een nieuwe receptioniste met een
blonde strenge bob. Het is voor nu niet relevant want ik mocht dus snel even
tussendoor, maar stel dat je een keer een afspraak wil maken en zij zegt dat
het niet kan, dan zal je er niet snel tegenin gaan, zo stelde ik me voor.
Verder hingen er op alle spiegels geplastificeerde spelregels. Dingen
plastificeren is hier bijzonder populair. Ik heb verder geen commentaar, maar het
valt me gewoon op. Goed, op het A4tje stonden dingen zoals ‘Wees vriendelijk
tegen de klant’ en ‘Adviseer de klant over te gebruiken producten’ EN OOK ‘Vertel
niet over je privéleven.’ Ik vond het meer regels voor achter de schermen, maar
ze hingen er nu eenmaal en ik vond vooral die laatste ingewikkeld. Want wat nu als
je - gemiddeld vrij snel - uitgeluld bent over highlights en wel of geen
donkere streepjes erdoor:
Ik: “Wat vind jij?”
Kapper: “Ik vind van wel, anders is het helemáál zo onnatuurlijk.”
Ik: “Ok, jij bent de kapper ik vertrouw hélemaal op jou.”
Vervolgens ga je toch praten over op het nieuwe vriendje etc. Dus nou ja,
ik besloot dan maar te gaan lezen.
En zo zat ik zwijgend te lezen en niet te praten over privélevens, want ik
wilde het kappersmeisje niet onnodig in verlegenheid brengen. Tot ik werd onderbroken
door een luid “Hallo!” en er ineens een hoofd tussen de twee spiegels voor mij
werd gestoken. Ik schrok me rot. Mijn eerste reflex was, een onhandig grapje
maken. Maar ik herpakte me en zei: “Oh, hallo hoe gaat het?” Daarna grinnikte ik
zelf toch nog vrij hard om het grapje dat ik had ingeslikt. Ik legde het uit
aan het kappersmeisje: “Het was de baas van mijn man, maar goed dat ik niet zei”:
‘Hey hallo, heb je ook highlights genomen?’ Grapjes uitleggen, ook iets wat
niemand zou missen als ik er per direct mee zou stoppen. En zo zwegen we verder,
conform de regels.
Vlak daarna liep er een jongeman voorbij in sportkleding. Hij had alleen een
reepje haar bovenop zijn hoofd. Het kappersmeisje zuchtte diep. De jongen liep
terug en acteerde dat hij het kappersmeisje eerder niet had gezien.
Hij: “Hey, joh, ik zag je niet?!”
Sam: “Hey.”
Hij: “Hoe gaat het dan?”
Sam: “Ja, goed, goeeeed.”
Toen wisten ze het even niet meer er viel een pijnlijke stilte, maar
gelukkig zat ik daar.
Hij: “Zo, hoeveel folies gaan er wel niet in dat haar, jongen?” Alsof hij oprecht
geïnteresseerd was.
Sam: “Ja, echt heel veel, ik ben al een half uur bezig.”
Hij: “Ik zou dat echt niet kunnen, zo lang wachten.”
Sam: “Nee man, ik ook niet, maar heel veel dames willen het hoor!”
Hij: “Ik ga bijvoorbeeld liever naar het strand!”
Sam: ”Ja man.”
Ik dacht: Ik ook (man!), maar ik was natuurlijk in geen positie om me te
mengen in het gesprek. Ik was immers het gespreksonderwerp met mijn folies waardoor
het leek alsof er zojuist een grote, schubbige, glinsterende vis op mijn hoofd
aangespoeld was.
Toen vertrok de jongen.
“Wat vond je van hem?” vroeg het kappersmeisje mij.
Hè hè, konden we het eindelijk over het privéleven hebben.
No comments:
Post a Comment