Wednesday, 6 June 2012

Ik kwam, ik zag en ik zei niets


"Sorry, ja, echt heel erg sorry, maar ik ga jullie eraf gooien want ik heb deze baan gereserveerd. Vanochtend heb ik gebeld, om 8.00 uur al, precies zoals het hoort. Dus ja. Jij kunt ook reserveren hoor, misschien moet je dat de volgende keer doen?"
Het te korte rokje voor haar potige pootjes EN leeftijd zwiept heen en weer terwijl ze met stevige pasjes de tennisbaan oploopt. Alsof ze haar woorden kracht bij wil zetten stuitert ze de bal op de grond.
Dan zegt ze, "En ik kan het weten, hoe het hoort, want ik zit in de tenniscommissie" en gewichtig mikt ze de bal over het net. Hard. Haar partner is er net op tijd bij om hem terug te kaatsen. Hij wel.

Ik open mijn mond en ik doe hem weer dicht, want ik weet even niet wat ik met de situatie moet. Ik had het ook nog niet eerder gehoord, opscheppen over je plek in een tenniscommissie. Laat staan van deze club met vier tennisbanen, twee krakkemikkige kleedkamertjes en steeds dezelfde clubkampioen, dat principe.
Los daarvan, de tennisbaan is door niemand gereserveerd en dat kan ik weten want ik heb het zojuist gevraagd. Het was ook echt weloverwogen gelieg, niet om bestwil of eentje die per ongeluk uit je mond floept.

“Sorry dat ik te laat ben, maar mijn man had de Tom Tom meegenomen, dus die moest ik eerst ophalen”, zeg ik en ik kijk de tandartsassistente samenzweerderig aan. Zo van wij vrouwen weten dat mannen waardeloos zijn. De assistente reageert: “Te laat, te laat?” En ze kijkt op het papiertje voor zich. “Je bent juist veel te vroeg!” En zo zat ik een UUR te wachten met een niet samenzweerderige assistente en het was pas 8 uur en ik had mijn eerste leugen er al op zitten.

Anyway, mijn drie kinderen en ik druipen af, racket tussen onze benen en ik vraag achteloos aan de jongen achter het barretje: "Goh, er had toch niemand gereserveerd op baan 4?"
De jongen kijkt ook op velletjes papier voor zich.
"Nee, maar ze zit in de commissie en ze is de clubkampioen en ze speelt zaterdag de finale. Tegen een meisje van 15."
En hij kijkt me aan met een blik dat ik het nu allemaal wel zal begrijpen nietwaar?
"Al was ze de koningin", zeg ik en ik voel me precies mijn moeder.

Daarna denk ik ‘sjongejonge zeg’. Ik zeg dat vaak tegenwoordig. Misschien komt het doordat ik eerst altijd ‘kut’ zei, maar ik heb dus ontdekt dat als je heel hard ‘sjongejonge!’, zegt dat best hetzelfde effect heeft. Dat ik het nu ook denk is wel nieuw overigens.
Daarna snuif ik en denk aan het uitspreken van het volgende vonnis:

‘Hey jij gedrongen klein opsodemietertje! Ja jij met je racket. Nou moet je eens even goed luisteren. Als je echt goed had kunnen tennissen stond je nu wel op Roland Garros. Of je had er gestaan, want als ik een inschatting mag maken van je leeftijd liggen die eventuele glorieuze jaren toch ook al eventjes achter je nietwaar? Hoe dan ook. Ten eerste heb je niet gereserveerd en dat is nog niet het ergste, want je liegt erover. En liegen? Wil je dat misschien even aan mijn kinderen uitleggen?’

Ik kijk nog eens naar de potige pootjes, het driftige gedribbel en het gestruggle om te winnen van het 15-jarige meisje en ik zeg niets. Want ik bedenk me dat mensen die op hun hoogtepunt stoppen eigenlijk al te ver heen zijn. Stoppen moet je vooral doen voordat je jezelf te serieus neemt en onsterfelijk belachelijk maakt.

No comments:

Post a Comment